Ooracupunctuur is een moderne ontwikkeling binnen de acupunctuur. De Franse arts Nogier ontdekte rondom 1950 dat het lichaam geprojecteerd is op de oorschelp. De ooracupunctuur dankt zijn populariteit aan de soms spectaculaire en snelle resultaten.
Er zijn nu drie richtingen:
De auriculo-medecinae (lett. oorgeneeskunde) is het vlaggeschip van de ooracupunctuur. Daarbij wordt gebruik gemaakt van een speciale pols (de VAS) en van filters om ziekelijke processen in het lichaam op te sporen. Deze vorm van ooracupunctuur beperkt zich niet alleen tot het oor, door de VAS kan men ook het fysieke lichaam, de acupunctuurpunten, de energiebanen, de energiecentra (chakra’s) en zelfs de aura onderzoeken. De VAS wordt ook gebruikt in het focusonderzoek of om geschikte homeopatische of fytotherapeutische middelen uit te zoeken. Meestal prikt men de gevonden punten met zogenaamde verblijfsnaalden, kleine naaldjes die er enkele dagen in blijven. Andere technieken zijn bv laseren en elektrisch stimuleren.